naar overzicht

Genk: 21e eeuwse romantiek.

  • Architectuur
  • 2018 / 2019
  • Tweede kwartaal
  • docent: Florian de Visser (site stories), Sotiria Kornaropoulou (51n4e)
download project

Vroeger, voordat het Genkse landschap voorgoed werd veranderd door de mijnindustrie, was het erg in trek bij landschapsschilders. We spreken dan over de periode vanaf 1840 tot aan begin 20e eeuw. Het landschap was in die tijd zo populair onder schilders omdat het onder meer een oneindig en ongeroerd heidelandschap had, ook wel de Limburgse Kempen genoemd. Het pittoreske dorpje Genk was geliefd bij de schilders. De schilders…

Vroeger, voordat het Genkse landschap voorgoed werd veranderd door de mijnindustrie, was het erg in trek bij landschapsschilders. We spreken dan over de periode vanaf 1840 tot aan begin 20e eeuw. Het landschap was in die tijd zo populair onder schilders omdat het onder meer een oneindig en ongeroerd heidelandschap had, ook wel de Limburgse Kempen genoemd. Het pittoreske dorpje Genk was geliefd bij de schilders. De schilders die naar Genk afzakten namen ook weer andere schilders die zij kenden mee. Zo ontstond langzaam maar zeker de ‘Genkse School’. Tussen de kunstenaars die dit genre beoefenden bestond geen gestructureerde band via een vereniging, maar de term slaat op de kunstwerken die aan Genk gelinkt zijn. De schildertechniek die werd gebruikt was ‘en plein air’, wat betekend dat schilders direct ter plaatse in de buitenlucht de natuur vastlegden op het doek, waarbij de nadruk werd gelegd op het spelen met het daglicht.

 

In de jaren voorafgaand van de mijnindustrie zijn er talloze schilderijen en schetsen gemaakt van het leven in Genk en het landschap. Romantische beelden van de Limburgse Kempen waar herders met hun schapen lopen, close ups van de vegetatie, en prachtige avondopnames met de kerktoren van Genk op de achtergrond zijn onder andere de beelden die werden gecreëerd. Ook nadat er begin 20e eeuw steenkool werd ontdekt en de eerste mijnen begonnen te opereren werd de Genkse School als schilderstijl nog bedreven. De mijnindustrie bracht grote veranderingen mee in het Genkse landschap.

Grote mijncomplexen werden ontwikkeld wat ook veel arbeiders trok: Genk werd uitgebreid met arbeiderswijken waardoor het langzaam urbaniseerde. Ook kwamen er langzaam ‘terrils’ tevoorschijn in het landschap. Dit zijn grote bergen met puingesteente wat uit de mijnen werd gehaald. De schilders hebben deze taferelen met opzet uit hun schilderijen gelaten, omdat het geen natuurlijk aanzicht was. Langzaam maar zeker werden de terrils en de schachtbokken een kenmerkende verschijning voor het ooit zo oneindige Genkse landschap.

 

Nadat de laatste mijnen eind jaren ’80 buiten gebruik waren gesteld werden de restanten van het mijnlandschap onderdeel van het natuurlijke landschap in Genk. Tegenwoordig zijn de schachtbokken en terrils geen doorn in het oog meer, maar worden ze gezien als de kathedralen van Genk. Ze worden gezien als iconen. Het landschap is door de industriële ontwikkeling in Genk snel veranderd. Tegenwoordig is er geen sprake meer van een ‘Genkse School’, maar de schilderachtige romantiek is nog steeds te vinden in Genk en omstreken. Deze romantiek geldt niet alleen voor de natuurlijke landschappen, maar ook voor de stedelijke en industriële landschappen.  

Lees meer

Onder constructie

De mobiele versie is nog onder constructie.
Bezoek de website op desktop.