Wil jij liever in een stad leven die inclusief en beweeglijk is of in een stad die meer selectief en star gepland is? Volgens socioloog Richard Sennett doen we er goed aan onze steden meer open en veerkrachtig in te delen. Een beetje regelmaat is goed, maar al te star geplande steden missen de kracht om mee te bewegen met nieuwe manieren van leven en wonen.

De gemeente Rotterdam zet met zijn woonvisie, zoals gepresenteerd in 2016, in ieder geval in op de inclusieve en beweeglijke woonstad. Om dit te realiseren legt Rotterdam de focus op het creëren van een passend woningaanbod voor zijn inwoners. Dit geldt in het bijzonder voor mensen die wonen in zogenaamde ‘vitale stadswijken’. Dit zijn wijken in de stad die sociaal-economisch een gezonde mix van bewoners hebben, maar waar het woningbestand nog eenzijdig is en de kwaliteit ervan onder druk staat. Voor bewoners die in deze wijken wonen en in een andere levensfase komen, zijn er weinig mogelijkheden om door te groeien en hierdoor zichzelf te ontwikkelen binnen de eigen wijkgrenzen. 

Maar wat is precies dat passende woningaanbod waarover gesproken wordt en hoe krijgen mensen de mogelijkheid te wonen waar ze dat kunnen en willen? Door het instellen van de nieuwe woningwet wordt er vanuit het Rijk meer gestuurd op waar mensen wel en niet kunnen wonen. Zo nam passend toewijzen zijn intrede en worden er krappere inkomensgrenzen gehanteerd. Dit zorgt er voor dat corporaties niet meer kunnen sturen op een gewenste mix van doelgroepen omdat een deel van de huurders ervan nu ontbreekt.