Bij het onderzoeken van het gebied M4H kwamen ik er al snel achter dat de bodem humusarm en vervuild was. Dit betekent dat de bodem dood is. De oplossing kwam vervolgend uit onverwachte hoek, de landbouw maar dan wel regeneratief. Regeneratieve landbouw reanimeert de bodem door samen te werken met de natuur in plaats van er tegen en zorgt dat de huidige akkers -dat feitelijk ecologische woestijnen zijn- veranderd naar akkers met meer biodiversiteit door de velden klein en divers te houden. Daarnaast zijn insecten welkom, deze insecten -zoals het lieveheerbeestje en de sluipwesp- houden de gewassen schoon van bladluis. 

Tijdens de studio stond de relatie van het landschap en de architectuur centraal. De architectuur -in mijn plan- is het begin en het einde van het landschap. Hier kiemen de stekken uit om vervolgens naar het land te gaan om daar te groeien tot gewas. Deze gewassen worden vervolgens verkocht in de hub (architectuur), waar je op het dak in een stedelijke as je gekochte gewassen kan bereiden. Daarnaast begint hier de habitat van de insecten en is de hub nog steeds een hub, dus er is ruimte voor het parkeren van de auto. Dit doe ik door de bestaande 2 DNA-helixen te gebruiken. Een DNA-helix zijn twee spiralen die in elkaar draaien. 2 van deze spiralen gebruik ik voor de mens om hier de auto te parkeren de andere twee voor de natuur, als kraamkamer voor de gewassen en habitat voor de insecten. Op het dak staan de deelfietsen, dit betekent dus dat de mens via de menselijke spiralen omhoog moet lopen. Hierdoor loop de mens dus soms onder, naast of boven de natuur en kan zich afvragen waar hij staat in relatie tot de natuur. Op het dak komen deze twee fictieve werelden samen in de farmers market en kan je ineens in de natuur lopen. De terug reis met de deelfiets is via de natuurlijke spiralen, want je staat niet onder, naast of boven de natuur je bent onderdeel van.