Architectuur is voor mij een voortdurende dialoog met de tijd – met oog voor wat was, wat is en wat nog kan ontstaan. Wat we vandaag toevoegen, wordt morgen onderdeel van iemand anders’ context. In die zin voert architectuur een voortdurende dialoog met de tijd.
Die overtuiging kreeg tastbare vorm toen ik de gang binnenstapte van een oude boerderij in Maarhuizen. Wat me direct raakte, was de rauwe, gelaagde kwaliteit van de…
Architectuur is voor mij een voortdurende dialoog met de tijd – met oog voor wat was, wat is en wat nog kan ontstaan. Wat we vandaag toevoegen, wordt morgen onderdeel van iemand anders’ context. In die zin voert architectuur een voortdurende dialoog met de tijd.
Die overtuiging kreeg tastbare vorm toen ik de gang binnenstapte van een oude boerderij in Maarhuizen. Wat me direct raakte, was de rauwe, gelaagde kwaliteit van de ruimte. Door de eeuwen heen heeft het gebouw meerdere transformaties ondergaan. De materiaalkeuzes – soms onlogisch of geïmproviseerd – hebben een uitgesproken karakter. Ze tonen een gefragmenteerde geschiedenis: verdwenen structuren, deels gesloopte onderdelen en imperfecte reparaties. Deze ‘ghosts’ – fysieke overblijfselen van eerdere ingrepen – bewonen de ruimte. Ik zie de gang als een palimpsest waarin verschillende momenten uit de tijd via materiaalsporen zichtbaar zijn gebleven.
Mijn uitgangspunt was om met die gelaagdheid te werken – niet alleen historisch, maar ook ruimtelijk, technisch en esthetisch. In plaats van de ruimte te restaureren of te bedekken, koos ik ervoor het verhaal voort te zetten met een nieuwe architectonische laag die de materiële karakteristieken omarmt.
Eerst analyseerde ik de bestaande ‘ghosts’ — hun texturen, vormen, materialen en posities.
Gebarsten baksteenranden, ongelijke vloeren, blootliggend voegwerk — dit waren mijn referenties.
Ik vertaalde deze naar nieuwe materialen die dezelfde ruwe, gelaagde taal konden spreken.
Voor dit project koos ik materialen die inspelen op de ruwe, gelaagde taal van het bestaande gebouw. De nieuwe gevel is opgebouwd uit prefab hennepblokken, afgewerkt met warmkleurige air lime pleister, waarbij verdiept geplaatste ramen en een nieuw venster zorgen voor ritme, licht en een symbolische toevoeging aan het verhaal van het gebouw. Binnen keert het hennep-kalkmengsel terug in vloeren, wanden en trappen. In de gang ligt een hennep-kalkvloer met kalksteen tegels die goed passen binnen de ‘koude’ ligging van de gang (aan de gevel zijde). De trap is bekleed met diagonaal gelegde terracottategels, een subtiele echo van afgebrokkelde baksteenranden. In de grotere ruimte biedt een rammed earth vloer rust en contrast. Groene kalkpleister op een wand accentueert de originele plafondbalken, terwijl een ongepleisterde, in-situ gegoten hennep-kalkwand de natuurlijke opbouw van het materiaal zichtbaar laat. Prefab blokken onder de balken waar de wand die anders zou verbergen, benadrukken het ritme van de ruimte. Een vloer met hydraulische kalk en gemalen baksteen in de aangrenzende ruimte markeert subtiel de overgang en versterkt de samenhang met de bestaande materialen. Zo ontstaat een geheel waarin nieuwe lagen voortbouwen op de bestaande architectuur.
Prototype 1:1 materiaal experimenten met kalk-hennep