Om de biodiversiteit te vergroten moet er draagvlak zijn
vanuit de inwoners van het gebied. Dit vraagt om empathie en inlevingsvermogen
van de mens voor de natuur. Daarom heb ik onderzoek gedaan naar welke dieren
het meest gewaardeerd worden door de mens. Daaruit kwamen zangvogels en de egel
het hoogst uit. Om het concept van het bewust zijn van het even om ons heen te versterken heb ik ook gekozen voor een dier dat onder de grond leeft, namelijk de regenworm. De regenworm zorgt voor een vruchtbare bodem wat weer de
bron is voor al het leven daarboven. Als zangvogel richt ik mij op de Merel
omdat het niet goed gaat met de merel en de populatie snel afneemt. De egel
omdat deze een grote schattigheidsfactor heeft en hij tijdens zijn nachtelijke tocht insecten en dan vooral slakken eet. Dit zorgt weer voor balans in het ecosysteem.

De achttal regels die ik heb opgesteld voor de drie diersoorten zijn allemaal te herleiden naar de vier v’s (voedsel, veiligheid, voortplanting en verbinding). Door deze vier v’s kunnen deze dieren hier in goede harmonie leven, oftewel er is een habitat gecreëerd voor deze dieren. 

Tijdens het onderzoek heb ik een positie ingenomen over hoe de mens tegenover de natuur staat. Hier wordt vanuit het ontstaan, de oorsprong gekeken en wanneer er een gebouw gebouwd wordt moet er ook ruimte worden gecreëerd voor natuur die daar is weggehaald. De openbare ruimte is dan ook de natuur en niet van de mens. Vanuit die filosofie ben ik verder gaan ontwerpen en ben ik gaan zoeken naar een passende functie voor het gebied naast dat de parkeergarage een mobiliteit hub wordt.

Het concept gaat over bewust zijn en daarmee ook gezond zijn. Zo is het concept voor het gezondheidscentrum voor mens en natuur ontstaan. Hierin worden een achttal functies gehuisvest in de categorieën samenkomen, bewust worden, beter worden en tot rust komen. 

Een belangrijk uitgangspunt voor de parkeergarage was het gebruiken van de bestaande structuur van het gebouw. Voor de dieren was het belangrijk dat het gebouw als een landschap gaat fungeren. Door een getrapte substractie te doen blijft er een vallei over waar de natuur het voor het zeggen heeft. Door dit aan een zijde van de parkeergarage te doen blijft er een functionerende parkeergarage met hellingbanen aan de andere zijde. 

De gevel correspondeert ook met de achtergelegen functies die van open naar gesloten overvloeit. De gevel is opgebouwd uit een uniform materiaal, gerecycled hout dat afkomstig is van restmateriaal van spoelen van Stedin. De isolatie is gemaakt van strobalen en afgewerkt met leemstuc wat ervoor zorgt dat de constructie kan ademen. 

Naast dat er voor de mensen wordt gezorgd in het centrum is er ook een slaapplek voor de egel in de spouw, nestkasten voor de vogels, drinkwater, beschutting en een natuurdak die alleen voor de natuur toegankelijk is.

Wat overblijft is een constructie die eerder alleen dienend was voor de mens nu ook samenwerkt met de natuur. De ziel van de plek wordt blootgelegd in een nieuwe functie, de constructie die overblijft vormt nu een poort naar het centrum waar mens en natuur weer één zijn.