Als ontwerper gebruik ik materiaal als fundament voor het ontwerp en het verhaal dat ik daarmee wil vertellen. Materiaal is het eertse ontwerpmiddel dat ik aangrijp om tot een reactie op het programma te komen. Ik gebruik de gekozen materialen in de puurste vorm en zie de kenmerken van een materiaal als kracht. Door het hanteren van deze werkwijze, positioneer ik mij als material fundamentalist.

Dit ontwerp voor het High Performance Center is tot stand gekomen vanuit de houten spant. Met de houten spant creëer ik voor iedere hoofdfunctie die dit gebouw faciliteert: hotel, kantoor, sport en lounge, een eigen atmosfeer. Deze verschillende atmosferen ontstaan door verschillen in ritmiek, de lengte van de overspanning en de dikte van de kolommen. De visualisaties laten het effect hiervan zien vanuit het interieur. Dit omdat de atmosferische verschillen vooral daar hun kracht vinden en het ontwerpproces is dan ook vanuit het interieur begonnen. Dit uit zich in de verschillende manieren van lichtinval, transparantie en schaal.

De maat van de houten spanten binnen de hotelfunctie is de kleinste van de vier en is afgeleid van de gewenste maat voor een hotelkamer. De gebruiker wilt hier een intiem en geborgen gevoel ervaren en zich niet verliezen in een te grote, open ruimte. De tweede functie is de kantoorfunctie. Hier is de overspanning een stuk groter omdat hier juist transparantie is gewenst die samenwerkingen stimuleert en flexibiliteit biedt aan de wijze waarvoor de ruimte kan worden gebruikt. De sportfunctie heeft eveneens een grote overspanning en is een stuk hoger. In deze ruimte is het niet gewenst licht te verkrijgen vanuit de zijgevels, derhalve zorgen hier de dikkere, meer op elkaar geplaatste kolommen voor een gevel met meer dichtheid. De loungefunctie heeft de grootste spanten. Ook hier is openheid gewenst om de gewenste sociale cohesie te waarborgen. Tevens is deze hoger gelegen en voorziet de grotere overspanning in de wens om vrij uitzicht over de omgeving te verkrijgen.

Het gebouw heeft een gesloten vorm. Hierdoor ontstaat er een buitenruimte die de functies, en daarmee de gebruikers, met elkaar verbindt. De buitenruimte kan tevens dienen als sport functie of ruimte bieden voor de gewenste sociale interactie.