Op 12 december 2015 werd het Akkoord van Parijs gepresenteerd, een verdrag om klimaatverandering tegen te gaan. Want klimaatverandering is aan de orde van de dag en komt met lusten en lasten. Veelal is men zich bewust van de lusten; zo heb ik dit jaar aardig geboerd met mijn zonnepanelen en hebben we allemaal genoten van een heerlijke zomer. Helaas is klimaatverandering niet iets wat we per moment moeten bekijken en waar we alleen van…

Op 12 december 2015 werd het Akkoord van Parijs gepresenteerd, een verdrag om klimaatverandering tegen te gaan. Want klimaatverandering is aan de orde van de dag en komt met lusten en lasten. Veelal is men zich bewust van de lusten; zo heb ik dit jaar aardig geboerd met mijn zonnepanelen en hebben we allemaal genoten van een heerlijke zomer. Helaas is klimaatverandering niet iets wat we per moment moeten bekijken en waar we alleen van kunnen genieten, want een te grote verandering kan vergaande gevolgen hebben voor toekomstige generaties. Om de toekomstige generaties te behoeden voor een onleefbare omgeving hebben de leiders van de wereld dit Akkoord van Parijs bereikt voor het (zoveel mogelijk) behouden van onze huidige leefomgeving. Dit akkoord moet processen in gang zetten om de aarde niet veel verder te laten opwarmen door de CO2 uitstoot te verlagen. Het produceren en gebruiken van energie is wat voornamelijk de CO2-uitstoot creëert en voor de opwarming zorgt.


Maar hoe kan een mondiaal akkoord ingepast worden in onze alledaagse leefomgeving? Welke stedelijke interventies moeten er gedaan worden om de stad zowel leefbaar te maken voor toekomstige generaties als de uitstoot van CO2 tegen te gaan?


In het ontwerpend onderzoek ‘Vermogen van de stad’ wordt de groei van de stad gekoppeld aan lokale energiebronnen. Er wordt gekeken naar nieuwe strategieën voor verdichting en een maximaal gebruik en inbedding van verschillende stedelijke energiebronnen. Het juiste type energiebron en de juiste gebruiker worden gekoppeld waarna bepaald wordt in welke vorm van stedelijk ontwerp dit het best gepast. Als testcase is de gemeente Nijmegen gekozen, de oudste stad van Nederland, die diverse periodes van transitie kent en voor 2018 gekozen is tot European Green Capital.


Na een analyse van de energievraag en de CO2 uitstoot van de stad worden binnen de gemeentegrens diverse energiebronnen met hun mogelijke potentie gekwantificeerd. Vanuit deze verschillende energiebronnen wordt een strategisch stedelijk netwerk uitgerold die de grote energieverbruikers koppelt aan de grote energiebronnen. Deze nieuwe slagader van de stad is zo vormgegeven dat energie en toekomstige infrastructuren, als smart-charching, fijne snelfietspaden, klimaat adaptieve structuren en woningbouw, gekoppeld worden en zowel boven- als ondergronds een eenheid vormen.


De woningbouwopgave krijgt gestalte langs deze nieuwe stedelijke slagader en takt aan de op de uitwisseling van energie stromen. Hierdoor wordt de woningbouwopgave direct verspreid door de stad en worden logische herstructurerings- en nieuwbouwlocaties gevonden. De bestaande woningvoorraad wordt locatie-specifiek gekoppeld aan uitwisselbare energie alswel autarkische vormen van energie. Voor zowel nieuwbouw als bestaande bebouwing worden de stedenbouwkundige structuren heroverwogen en in een voorbeeld uitwerking getest op de koppeling tussen energie en een gepast leefklimaat.


Lees meer

Onder constructie

De mobiele versie is nog onder constructie.
Bezoek de website op desktop.