De voormalige Citroëngarage wordt omgebouwd tot cultuurpool aan de culturele ader van Brussel;
het kanaal. Omdat de garage gebouwd is als machine, valt het gebouw binnen de bestaande structuur goed op te delen in de te huisvesten functies. De showroom met imposante pui van staal en glas wordt het architectuurcentrum CIVA, de aan het water gelegen…
De voormalige Citroëngarage wordt omgebouwd tot cultuurpool aan de culturele ader van Brussel;
het kanaal. Omdat de garage gebouwd is als machine, valt het gebouw binnen de bestaande structuur goed op te delen in de te huisvesten functies. De showroom met imposante pui van staal en glas wordt het architectuurcentrum CIVA, de aan het water gelegen workshop wordt omgevormt tot de openbare binnenruimte en het Museum voor Moderne en Hedendaagse Kunst. Deze functies zijn intern aan elkaar verbonden maar kunnen ook onafhankelijk van elkaar gebruikt worden. Het MMHK bevindt zich aan de noordzijde van de workshops, dit onderdeel is nader uitgewerkt.
De plattegrond van de garage kan worden ontleed in 6 lagen: kolommen, spanten, liggers, vides, hellingsbanen en daklichten. Als ingreep wordt hier een 7e laag aan toegevoegd: wanden. Deze wanden vormen constructief geen bijdrage, dat laten ze ook zien. Ze zijn op zichzelf staand en blijven los van kolommen, plafonds en optisch ook de vloer.
Er zullen geen afgesloten zalen zijn in het museum. Wel wordt de ruimte gevormd en georganiseerd door
de wanden. Ze staan op een grid van de bestaande structuur en voegen zich in het gebouw. De wanden zijn gemaakt van een lichtgewicht beton met geslepen oppervlakte. Dit soort beton is tot wel 30% lichter dan normaal beton. Het is een materiaal dat past in de context van de fabriek, maar wel licht genoeg is om op de bestaande constructie te staan zonder deze te hoeven verstevigen.
De functies van museum / niet-museum en permanente collectie / tijdelijke collectie worden van elkaar gescheiden. Dit wordt gedaan door wandhoge deuren, die nooit als deur zullen voelen omdat ze enkel geopend of gesloten ervaren zullen worden. Bij iedere entree zal een informatiebalie geplaatst worden, dat zijn er in het museum 3: 1 in de noordgevel, 1 vanuit de oost-west as, 1 op de verdieping.
De spanning tussen vide en wand wordt opgezocht: wanden steken er onderdoor, bovenlangs en dwars doorheen. Zo wordt de kunst vanuit verschillende perspectieven benaderd. De gevormde ruimtes variëren in grootte: ze vloeien over in dichtheid. Soms wordt de ruimte zo dicht dat ze afgesloten is van gevel en vide (en daarmee ook daglicht), deze ruimtes bieden zo een podium voor bijvoorbeeld een video installatie. De ruimtes zijn ontworpen voor de verschillende tentoonstellingseisen die de diversiteit van moderne kunst vraagt.